Beschrijving
Weinig moderne denkers zijn zo verdraaid als Marx. Marx geloofde niet dat alles te herleiden was tot economie, niet in een sterke overheid, of dat iedereen in een socialistische wereld volstrekt gelijk zou zijn. Hij verwierp al het utopisch denken en geloofde dat de overgang naar het socialisme onder bepaalde omstandigheden vreedzaam zou kunnen verlopen.
Hij beweerde niet dat alles uit materie bestond (in feite was hij helemaal niet geïnteresseerd in dergelijke metafysische kwesties) en was zich er terdege van bewust dat de Britse arbeidersklasse van zijn tijd voor het grootste deel niet uit fabrieksarbeiders bestond, maar vrouwelijke huisbedienden.
Hij was al ecoloog lang voordat dit concept werd uitgevonden en zijn morele denken bestond uit het geloof dat individuen, omdat ze allesbehalve gelijkvormig zijn, zich vrij zouden moeten kunnen ontwikkelen op hun eigen unieke manier.
Waarom Marx gelijk heeft is een poging om deze machtige denker te ontdoen van de mythes die zich rond hem hebben verzameld, en om dat zo vermakelijk mogelijk te doen.
– Terry Eagleton
Over de schrijver
Terry Eagleton (1943) is een prominente Marxistisch denker en universiteitshoogleraar Engelse Literatuur aan de Lancaster University. Hij schrijft veel in kranten en literaire tijdschriften en heeft meer dan 50 boeken op zijn naam over onderwerpen als literaire theorie, cultuur, Marxisme en ideologie.
In 1983 maakte Eagleton naam met zijn boek “Literaire Theorie: Een Inleiding”. Dit handzame en zeer populair boek (er zijn wereldwijd meer dan 750.000 exemplaren van verkocht) was voor veel studenten een baken in een verwarrende wereld van moeilijke theorieën over literatuur. Eagleton liet zien hoe literatuur invloed heeft op de sociale klassenstructuur en hoe alle literatuur wordt beïnvloed door politieke en economische factoren. Dit thema komt terug in veel van zijn latere boeken en literatuurkritiek.
Vertaling: Hubert Stegeman